naar overzicht

Made in China

Met afgrijzen keek ik naar mijn gloednieuwe Chinese radiocassetterecorder. Mijn cassettebandje speelde te snel en in de luidsprekers fonkelden kitscherige lichtjes op de nieuwe maat van Rachmaninov. Ik had mijn best gedaan om een fatsoenlijk apparaat te kopen in een winkeltje in Ghana maar had onvoldoende opgelet. De Panasoanic radio bleek met die ene onopvallende extra letter een enorme miskoop.

Sinds dit voorval in 2003 is ook Afrika grotendeels overgegaan op de CD- of MP3 speler. En er is meer veranderd. De Chinese aanwezigheid in Afrika is al lang niet meer beperkt tot gammele namaakproducten. Van het West-Afrikaanse Senegal tot het uiterste oosten van Somalië: overal verschijnen vliegvelden, wegen en zelfs hogesnelheidstreinen van Chinese makelij. Zowel de omvang als de aard van de Chinese invloed doen in het Westen discussies oplaaien. Terwijl de Verenigde Staten en Europa graag hameren op goed lokaal beleid en capaciteitsopbouw, stelt China geen eisen en doet even graag zaken met democratisch gekozen regeringen als met dictators. Daarnaast windt het geen doekjes om haar interesse in afzetmarkten voor Chinese producten en toegang tot grondstoffen als koper en goud. De opbouw van lokale expertise speelt hierbij geen noemenswaardige rol. Zo werden in Ghana meer dan 50,000 Chinese werkers geïmporteerd voor de omstreden exploitatie van een goudmijn. Ook in de  gezondheidszorg is de Chinese aanpak soms even daadkrachtig als onconventioneel. Recent ontvingen honderdduizenden inwoners van de Afrikaanse Comoros eilanden Chinese antimalariamiddelen in een grootschalig experiment om malaria lokaal uit te roeien. Dit gebeurde zonder vooraf te bepalen wie daadwerkelijk met malaria geïnfecteerd was. Terwijl Westerse wetenschappers al jaren debatteren over de logistieke uitdagingen, beperkingen en mogelijke gevaren van dergelijke experimenten, deden de Chinezen het gewoon. Hoewel er emotionele discussies gevoerd worden over mogelijke zeldzame medicijnbijwerkingen, investeerden de Chinese onderzoekers nauwelijks in de detectie en rapportage van dergelijke bijwerkingen. Het doel heiligt immers de middelen. Het is eenvoudig om kritiek te hebben op de Chinese aanpak. En bepaalde elementen zijn ook dubieus. Maar je kunt de Chinese bedrijven en onderzoekers in ieder geval niet beschuldigen van een verlammende vergadercultuur. Het bruist er van ambitie en daadkracht. En dat prikkelt. Zeker als het ook nog blijkt te werken zoals op de Comoros eilanden waar malaria grotendeels verdween en waar, voor zover bekend, niemand overleed door medicijnbijwerkingen. Misschien komt de Westerse weifeling over de Chinese aanpak deels voort uit frustratie over de nieuwe invloeden in onze achtertuin. Het Westen wil dat het Afrikaanse continent zelf initiatief neemt en hierbij de vrije markt omarmt. Maar het liefst moet alles wel verlopen volgens ons model en met Westerse partners. Misschien moeten we deze gedachten loslaten. Het is prachtig dat Afrikaanse overheden kunnen kiezen uit verschillende partijen bij het streven naar economische ontwikkeling en betere gezondheidszorg. Bij de zoektocht naar de beste strategie zorgt China voor gezonde concurrentie en een frisse blik. Dat was overigens niet mijn gedachte toen ik vloekend de stekker van mijn Panasoanic cassetterecorder uit het stopcontact trok.